Op donderdag 22 mei 1823 vestigt Johanna Woortman zich in de kolonie Wilhelminaoord. Zij is 31 jaar, komt uit Amsterdam en ze is de weduwe van ene J.B. Goblé zodat ze meestal wordt aangeduid als ‘de weduwe Goblé’. Ze heeft een zoontje van negen jaar en een dochtertje van vijf en ze lijkt niet van plan lang alleen te blijven.

De eerste keer dat haar liefdesleven de annalen van de Maatschappij haalt is in december van hetzelfde jaar. Het betreft een sergeant uit Brugge die door zijn commandant is uitgeleend om als wijkmeester in de kolonie te fungeren. Zijn achternaam is Ootmarsum of Van Ootmarsum, zijn voornaam is onbekend evenals zijn leeftijd.

Het enige dat wel bekend is, is dat begin december 1823 de directeur van de kolonie schrijft ‘dat de wijkmr. van Ootmarsum, zich niet heeft ontzien om, behalve het misbruik van sterken drank, op een onbetamelijke wijze met de kolonisten wed. Goblé te verkeren’.

Tegen het ‘op eene zedelooze wijze met zekere koloniste verkeren’ wordt hard opgetreden. Overwegende de noodzaak ‘om zoodanige voor de zedelijkheid der kolonisten schadelijke voorwerpen (…) uit de kolonien te verwijderen‘, wordt Van Ootmarsum per direct ontslagen en teruggestuurd naar zijn commandant in Brugge.

mvw-01Verkering krijgen mag op de kolonie, maar als je een stapje verder wilt gaan dien je eerst toestemming te vragen. Dat doet Johanna de volgende keer. Het is augustus 1824. De kolonie-directeur brengt aan de landelijke leiding over ‘het verlangen van de kolonist Dirk van Jeveren (…) en de kolonisten wed. Goblé (…) tot het aangaan van een wettig huwelijk, met verzoek mij te informeren of dat van onzen zijde kan worden toegestaan‘.

Dirk van Jeveren is een 42-jarige kolonist uit Rotterdam die in Willemsoord woont. In 1820 was hij aangekomen en in juni 1823 was zijn echtgenote overleden, hij is dus een jaar weduwnaar. Als je het netjes vraagt is het meestal wel goed. De landelijke leiding geeft toestemming om te trouwen.

Maar… dat doet Johanna niet. We zijn weer een half jaar verder als de directie meldt ‘dat de wed. Goblé (…) van de aan haar verleende permissie tot het aangaan van een huwelijk dd. 19 aug. 1824 N437 geen gebruik heeft gemaakt.’ In plaats daarvan komt er nu een verzoek van haar en ‘Arie, zoon van den kolonist Kuiters’ om in het huwelijksbootje te mogen stappen. Arie Kuiters komt uit Dordrecht, is 25 jaar en is vijf jaar tevoren met zijn ouders naar de kolonie gekomen.

Dit keer gaat het wel door en het stel krijgt een koloniale hoeve. De versmade Dirk van Jeveren trouwt dan maar met een kolonistendochter uit Enkhuizen. Want er werd op de kolonie vooral met elkaar getrouwd. Zo ook de dochter die met Johanna uit Amsterdam was gekomen. Zij huwt een kolonistenzoon uit ’s Hertogenbosch en zal net als haar moeder haar hele leven op de kolonie blijven.

© Wil Schackmann, 2008